Skip to main content

Toen en nu

Nu ik weer twee weken lang een blog heb mogen schrijven over onze belevenissen in Korea, ontsnap ik er niet aan om ook terug te denken aan vorige reizen naar Korea. Daarnaast heb ik behoorlijk wat ervaring met vliegen, dat schrijf ik ook meteen van me af. Heb daar nu toch een hele vlucht de tijd voor.

Mijn eerste reis naar Korea was in 1997. Het stond al ver van te voren vast dat we vanuit Nederland met een groepje die kant op zouden gaan. We waren uitgenodigd om aan de derde editie van de internationale HKD games mee te doen. Daarna volgden nog veel meer reizen naar Korea. Soms gingen we met een grote groep, dan weer met een paar man, vaak ook alleen. Ik ben de tel inmiddels kwijt.

Tickets

Tickets kopen ging in het begin nog heel anders. Dat kon eigenlijk alleen via een reisbureau. Zij konden via allerlei codes in het boekingssysteem een ticket zoeken. Iemand die al een tijdje op een reisbureau werkte, kende veel codes van luchthavens uit het hoofd. AMS voor Amsterdam Schiphol was gemakkelijk, maar GMP voor Gimpo Airport in Seoul was lastiger. Je kon eventueel ook met de reserveringenlijn van KLM bellen, die bestaat trouwens nog steeds. Je kreeg een ticket thuis gestuurd en die moest je goed bewaren. Ticket kwijtraken kostte dan zomaar weer 100 gulden.

Ik meende dat ik in 1997 zo’n 1500 gulden kwijt was voor mijn ticket. We vlogen met Swissair via Zurich naar Korea.

Zelfs in 2003 kocht ik nog tickets bij het reisbureau. Als je met Korean Air naar Korea wilde, kon je gebruik maken van een speciaal zakelijk reisbureau. Per email contact leggen, geld overboeken of je credit card nummer doorgeven en je kreeg je ticket per mail thuis. Uitprinten. Meenemen naar het vliegveld. Voor de zekerheid extra printjes in je koffer.

Nu ga je naar Google flights als je zo goedkoop mogelijk wil vliegen, of je logt in op de app van je maatschappij naar keuze. Met credit card of ideal heb je binnen vijf minuten een digitale ticket in je mail of app.

Vroeger zat je eerste koffer sowieso bij de ticketprijs inbegrepen, nu betaal je pak ‘m beet 100 euro om een koffer mee te mogen nemen.

Frequent flyer

In het begin probeerde ik altijd zo goedkoop mogelijk te vliegen. Maar een ticket die 100 euro goedkoper is met een tussenstop op de heen- en terugweg is natuurlijk helemaal niet zoveel goedkoper. Zit je daar drie uur op het vliegveld van Helsinki of Frankfurt. Je maag knort, maar een sandwich met een bak koffie kost 30 euro. We kennen allemaal de idioot hoge prijzen op vliegvelden wel.

Voor je eigen comfort is een rechtstreekse vlucht tot het fijnst. Instappen. Uitstappen. Klaar.

Vertrektijden en aankomsttijden vind ik ook belangrijk. Liefst land ik laat in de morgen of vroeg in de middag in Korea. De eerste dag even knokken tegen de slaap. Stokjes tussen je ogen en dan rond elf uur ‘s avonds je matje opzoeken en tenminste acht uur slaap pakken.

Nou ik de afgelopen jaren wat vaker vlieg, vind ik het ook belangrijk met welke maatschappij ik vlieg. Ik ben lid van het frequent flyer programma van KLM, Flying Blue genaamd. Elke vlucht die ik met KLM maak, levert me punten op. KLM op haar beurt is aangesloten bij Sky Team. Vluchten die ik maak met maatschappijen die ook aangesloten zijn bij Sky Team worden ook op mijn Flying Blue ‘rekening’ bijgeschreven. Des te meer ik dus mijn vluchten met Sky Team partners maak, des te voordeliger het uiteindelijk wordt. Die punten kun je gebruiken om korting te krijgen op vluchten, een extra koffer of een upgrade.

Ik spaar eigenlijk altijd voor upgrades. Nou moet je niet denken dat ik meerdere keren per jaar business class naar Korea vlieg, maar eens per jaar op de heen- of terugvlucht lukt meestal wel. KLM geeft reizigers in de business class een Delftsblauw huisje. Elk jaar wordt een nieuw exemplaar uitgebracht. De serie bestaat uit ruim honderd huisjes, wij hebben er dertien. En die zijn niet allemaal van mij, ook broer Gerrit vliegt met enige regelmaat intercontinentaal voor zijn werk en je krijgt nog wel eens wat.

Je moet maar niet teveel aan wennen aan de luxe van business class, de volgende vluchten zit je ook weer met knieën naast je nek in economy.

Eén dingetje waar ik wel ontzettend veel profijt van heb, is dat ik gebruik mag maken van de frequent flyer lounge. Dit is een ruimte op het vliegveld waar je gebruik van mag maken als je binnen het programma een bepaalde ‘status’ hebt bereikt. Je kunt er vaak comfortabeler zitten. Het eten en drinken is er gratis en vaak kun je er ook douchen. Dat is vooral lekker als je een avondvlucht terug hebt. ‘s Ochtends uitgecheckt van je hotel. De hele middag nog door de stad gebanjerd. Vlak voor je vlucht nog even fris douchen en een setje schone, comfortabele (lees: joggingbroek) kleren aantrekken die je in je handbagage hebt gestopt. Ook fijn voor de mensen die naast je zitten.

Als je met enige regelmaat vliegt, dan kom je er ook vrij snel achter dat er mensen zijn die ontzettend veel vliegen. Flying Blue kent vijf levels; ivory, silver, gold, platinum en ultimate platinum. Elk level kent weer haar eigen extra services. Gratis een koffer mee, priority check-in, korting op upgrades, lounge toegang enz. Mensen die ultimate platinum halen, vliegen ongeveer elke maand wel eens in business class de oceaan over. Je mag je best afvragen of je zo’n baan wel wilt hebben, want de lol is er ook wel snel vanaf lijkt me.

Vliegen

Tegenwoordig is een beetje vliegtuig uitgerust met een personal entertainment system. Op het schermpje voor je kun je uit honderden films en TV series kiezen. Ik ga niet zeggen dat je in Amsterdam bent voordat je het weet, zo’n lange vlucht blijft oersaai. Vergelijk je het echter met ‘vroeger’ dan is er veel om dankbaar voor te zijn. Tijdens mijn eerste vluchten hingen er in het vliegtuig een paar schermen, waarop tijdens de vlucht misschien drie keer een film werd vertoond. De rest van de tijd stonden die schermen uit. Ongeveer een uur voor de landing gingen de schermen weer aan en zag je een vliegtuigje tergend langzaam over de aardbol kruipen. Nu kun je de vluchtinformatie op elk gewenst moment zelf oproepen.

Sinds een aantal jaar zijn veel vliegtuigen zelfs uitgerust met wifi. Tijdens de saaie vlucht berichtjes uitwisselen met het thuisfront of een blog online zetten. Het kan allemaal.

Contact

Over wifi gesproken, contact houden met familie en vrienden thuis is nu net zo vanzelf sprekend als water uit de kraan. Ook dat was tijdens mijn eerste reis naar Korea wel anders. Je had een telefoonnummer waarmee je een operator van de KPN (of heette het toen nog PTT?) kon bellen. Je vroeg dan een collect-call aan. De operator belde dan het nummer dat je doorgaf en vroeg of zij de kosten accepteerden. Zo ja, dan vertelde je snel even dat je goed was aangekomen en dat de Koreanen heel vriendelijk waren. Niet te lang van stof, want het gesprek kostte enkele guldens per minuut of zo.

Later konden we gebruik maken van de computer van de familie Ko om een emailtje te versturen. Nog weer later vroeg iedereen bij aankomst om het wifi wachtwoord. Nu koop je online of op het vliegveld een e-sim met onbeperkt data en ben je de hele dag bereikbaar. Bellen doe je via whatsapp met of zonder beeld.

Vroeger kwam je thuis en had je hele verhalen te vertellen. Je wachtte wellicht even tot de foto’s ontwikkeld waren. Nu heb je bij aankomst niks nieuws meer te vertellen. Alles stond al te lezen op de blog met foto’s en al.

Plekje in het vliegtuig

Waar ga je nou het liefst zitten? Zelf ben ik een gangpad persoon. Je hoeft niemand te storen wanneer jij de benen wil strekken of naar het toilet moet. Je kunt ook één been kwijt in het gangpad, wel op tijd intrekken wanneer het cabine personeel langskomt met catering.

Raammensen begrijp ik ook nog wel. Je kunt net wat meer leunen richting het raam. Als je niet om het uur naar het toilet moet, dan is dat een prima plek.

Waarom je een plaats in het midden zou kiezen, is mij niet duidelijk. Zeker niet als je volwassen bent. Die plekken zijn wat mij betreft voor gezinnen met kinderen.

Vroeger probeerde ik altijd een plekje bij de nooduitgang te krijgen. Beide benen gestrekt, stoel beetje achterover en slapen. Die stoelen zijn echter wel veel smaller, omdat je tray en tv in de armleuning zitten.

De laatste paar jaar bieden steeds meer maatschappijen premium economy stoelen aan. Stoelen die aanzienlijk breder zijn, veel meer beenruimte hebben en verder achterover kunnen. In de standaard economy opstelling staan stoelen in een 3-4-3 configuratie. In premium economy is dat 2-3-2. Deze stoelen zijn natuurlijk duurder dan de standaard economy stoelen, maar als je strategisch boekt, nog best betaalbaar. Hoewel je over ticket prijzen weinig zinnigs kan zeggen. Ik ben wel eens voor 440 euro met Air France naar Korea gevlogen, in economy uiteraard, maar heb voor een standaard economy stoel ook wel eens 1000 euro of meer moeten betalen.

Over Korea zelf

Geen land dat ik zo heb zien veranderen als Korea. Je bent er een jaartje niet geweest en plotseling is de metrolijn met tien nieuwe stations uitgebreid, kun je over een nieuwe snelweg nog sneller naar Incheon en is het geboortecijfer met een factor tien gekelderd. Misschien lijken de veranderingen sneller te gaan omdat je ze in grotere stappen meemaakt. Zuid-Korea is nu een welvarend land, terwijl de oudere generatie is opgegroeid in het armste land ter wereld. De veranderingen die mensen, geboren voor de Koreaanse oorlog, hebben gezien, zijn onvoorstelbaar.

Koreanen lijken nieuwe technieken veel sneller te omarmen. Vaak vind men er ook vrij snel praktische toepassingen voor nieuwe technieken. Toen ik rond 2004 in Korea woonde, was daar het gebruik van het 3G netwerk veel intensiever dan bij ons. De Koreaanse telecombedrijven hadden eerste het hele metronetwerk voorzien van deze techniek. Dagelijks maken miljoenen mensen in en rondom Seoul gebruik van de metro. Reistijden van uur zijn normaal. De telecombedrijven boden een dienst aan waarmee je op je telefoon tv kon kijken via 3G. Het resultaat was dat ‘iedereen’ binnen de kortste keren een 3G telefoon had. Korea was ook het eerste land ter wereld waar 5G werd uitgerold.

Demografie en geografie spelen natuurlijk ook een belangrijke rol. Korea is bergachtig, dus mensen wonen relatief dicht op elkaar in de bewoonbare gebieden. Meestal in hoge flatgebouwen. Waar we in Nederland toch een wat negatieve kijk hebben op dat soort woontorens, is dat in Korea geheel anders. De ruimte rondom de flats is vaak heel comfortabel een heel veilig ingericht. Speeltuintjes voor de kinderen. Parkjes met openbare fitnesstoestellen voor de ouderen. Een fonteintje hier en een kunstwerkje daar. Natuurlijk is er altijd een convenience store in de buurt en een hakwon voor de kinderen.

Een stad in Korea is een si. Een si is opgedeeld in meerdere wijken, gu. Een gu is weer onderverdeeld in dongs. In een gu vind je vaak wel een winkelcentrum. Dat is dan vaak weer gevestigd rondom een vestiging van een megamarkt (supermarkt in het kwadraat). Ben je ooit in Frankrijk een Carrefour binnengelopen, dan begrijp je wat ik bedoel.

Die wijken worden vaak in één keer opgeleverd. Dus het ene jaar rijd je over het platteland, het volgende jaar rijdt je langs een enorme bouwplaats en weer een jaar later is het een wijk waar 20.000 mensen wonen.

Eten

Over supermarkten gesproken, daar kun je eten kopen en over eten gesproken, elke reis lijkt het voor de groep gemakkelijker te worden zich aan te passen aan de Koreaanse keuken. Enerzijds denk ik dat het komt omdat we in Nederland zelf veelzijdiger zijn gaan eten. Iedereen is wel eens bij een all-you-can-eat ‘sushi’ tent geweest. En hoewel Koreaans niet in de buurt komt van vreetschuur sushi, kijken we toch minder raar op van een zeewierrol. Dankzij de Korean Wave is ook de bekendheid met de Koreaanse cultuur gestegen en zo ook de bekendheid met de Koreaanse keuken. Spicy kip noedels (buldak) kun je gewoon bij de AH kopen. Zelfs Jumbo op Urk verkoopt kimchi in blik.

Aan de andere kant is het in Korea steeds gemakkelijker geworden om Westers te eten. Je hebt er net zoveel McDonals, misschien nog wel meer, als bij ons. Ook restaurants die pasta of pizza serveren, vind je nu een stuk gemakkelijker.

Laat ik hier meteen wel even duidelijk zijn. Kies je er voor om ooit met mij naar Korea te gaan, dan kies je er ook voor om kennis te maken met de Koreaanse keuken. Ik snap echt wel dat je na twee weken wel eens de behoefte hebt aan iets bekends, maar als je echt alleen maar Hollandse pot lust en niet open staat voor iets nieuws, dan moet je lekker thuisblijven.

Tijdens trainingsreizen proberen we het ontbijt altijd zo Westers mogelijk te maken. Pot pindakaas mee van huis, en je kunt de dag beginnen met een volle maag. Om zeven uur een kommetje vis- of zeewiersoep is niet wat iedereen voor ogen heeft wanneer ze ‘ontbijt’ horen.

Ga je mee naar Korea en heb je speciale dieetwensen, dan ben je ook op jezelf aangewezen. Ik weet niet precies wat er wel of niet in een gerecht zit. Je hebt geen keuken tot je beschikking om zelf te koken en er wordt niet speciaal voor je gekookt. Gerechten met (varkens)vlees komen regelmatig op tafel.

Dit betekent niet dat je als vegetariër of veganist niet naar Korea kan. De Koreaanse keuken kent genoeg gerechten zonder vlees. Denk alleen maar aan de uitgebreide Boeddhistische keuken. Alleen zitten wij niet in een tempel en zijn de faciliteiten te klein om met ieders dieetwensen rekening te kunnen houden.

Voldoende verse groenten inslaan in de supermarkt en mealpreppen is waarschijnlijk je beste optie. Dat of een paar weken weer als omnivoor leven.

Vervoer

De hoofdstad Seoul ligt midden in de provincie Gyeonggi-do. Aan Seoul vast ligt de miljoenenstad Incheon. Seoul, Incheon en Gyeonggi-do hebben samen ongeveer 30 miljoen inwoners. Die zitten samen op een oppervlakte van ongeveer onze provincies Gelderland en Utrecht. Een dicht netwerk van wegen en rails verbind alles met elkaar.

Reizen met de metro is de gemakkelijkste manier om je in en rondom Seoul te verplaatsen. Volg de gekleurde lijntjes en het welhaast onmogelijk om te verdwalen. Alles wordt duidelijk aangeven in het Koreaans en Engels. Installeer de KakaoMetro-app op je telefoon en de snelste route wordt voor je uitgestippeld. Dat moest je vroeger dus zelf doen, die route uitstippelen.

Het nemen van de bus kan soms wat lastiger zijn. Op de bus kun je zien welke stops op de route liggen, maar dat staat er dus alleen in het Koreaans.

In geval van nood kun je altijd nog een taxi nemen. Ook dat is met de komst van apps veel gemakkelijker geworden, maar voor mensen die Koreaans willen oefenen weer minder leuk. Als je nog eens een leuk verhaal over een avontuur in een Koreaanse taxi wil horen, dan moet je Gosse of Nico eens vragen of ze willen vertellen over hun trip naar Daegu.

Communicatie

Korea is een land waar onderwijs een serieuze aangelegenheid is. Kinderen worden na de schooltijd massaal naar bijles gestuurd op zogenaamde hakwons. De jongere generatie uit de middenklasse of hoger spreekt vaak redelijk goed Engels. Natuurlijk is het grote verschil tussen het Koreaans aan de ene kant en Germaanse talen zoals Engels en Nederlands een struikelblok. Het is voor Nederlanders tien keer gemakkelijker om Engels te leren dan voor een Koreaan. Het feit dat ik meer Koreanen ken met wie ik Engels kan spreken dan Nederlanders met wie ik Koreaans kan spreken, geeft wel aan dat het niet aan de Koreanen ligt.

Wil ik wel even opmerken dat in recente jaren steeds meer mensen in de aanloop naar hun Koreaanse avontuur de moeite nemen om op duolingo aan een stoomcursus Koreaans te beginnen. Ook het kijken van Koreaanse films en tv series heeft bijgedragen aan een hogere exposure van de Koreaanse taal.

In Korea zelf wordt vrijwel alles in zowel het Koreaans als het Engels weergegeven. In de laatste paar jaar zijn daar in restaurants de bestelzuilen bijgekomen. Tot grote ergernis van mensen die Koreaans willen leren. Nu kun je niet meer oefenen op het bedienend personeel.

Geld

Heel vroeger had je traveller cheques. Die haalde je dan voor je reis bij je bank op en je kon ze in het buitenland bij een bank omwisselen in cash. Dat kon niet bij elke bank en je moest ook je paspoort meenemen.

Later nam je een credit card mee naar Korea, en nog steeds. Swipe of contactloos betalen zonder zorgen. Bij een Global ATM kun je ook met je pinpas geld ophalen. Ga je echt met je tijd mee, dan gebruik je Apple pay o.i.d.

Geen credit card? Geen probleem. Maak een Revolut account aan en je hebt binnen no-time een virtuele credit card op je telefoon. Gemakkelijk toch?

Lessen

Tijdens mijn eerste reis was ik zelf nog maar een jonge zwarte bander. Na vier weken trainen kreeg ik mijn tweede dan. De trainingen stonden vooral in het teken van leren. Inmiddels hoeven we niet echt meer naar Korea om iets nieuws te leren, de stof is bekend. Nu staan de trainingen in het teken van beter begrijpen.

Als je puur naar technische know-how kijkt, is er eigen niet echt een geldige reden om helemaal naar Korea te reizen. Alle kennis is in Nederland ruimschoots aanwezig.

En toch, er is iets met trainen in Korea waardoor je het toch intensiever beleefd. Het feit dat je tijdens de trainingsweek 24/7 op mat bent, is niet uit te leggen. Trainen, slapen, een spelletje spelen, eten, kletsen, alles doe je op de mat. In de zomer ook nog eens bij temperaturen die ver boven de 30 graden liggen en een luchtvochtigheidsgraad waardoor het aanvoelt alsof je in een sauna traint. Af en toe springt de jetlag je in de nek en wordt je overvallen door een gevoel dat je uren slaap tekort komt. En dat gebeurt natuurlijk net op het moment dat de volgende training begint.

Als je met de juiste mensen in Korea bent, ontstaat er ook nog eens een hechte band die de reis nog meer de moeite waard maakt. Er wordt veel gelachen en je leert elkaar echt kennen. Wat dat betreft was onze laatste reis er één om door een ringetje te halen. Zonder dat ik daarmee tekort wil doen aan vorige reizen.

Natuurlijk ontstaat er ook wel eens ergernis, maar mijn ervaring is dat deze nooit lang duren.

Improvisatie

Wat ik in al die jaren geleerd heb, is dat je zo’n trainingsreis niet strak kunt plannen. Je moet daar wel een beetje tegen kunnen. Plannen wijzigen waar je bij staat.

Ook als je met het idee gaat ‘ik ben nu één keer in Korea en wil dus alles zien en meemaken’, dan is zo’n reis niks voor jou. Je brengt nou eenmaal gemiddeld acht uur per dag op de mat door. Trainen is het hoofddoel.

En Korea loopt niet weg. Dat paleis of die tempel die je nu niet hebt gezien, staat er de volgende keer ook nog wel.

Moraal

Moraal van het verhaal; als je ooit de kans krijgt om mee te gaan naar Korea, ga! Als je mij niet gelooft, vraag het anderen die eerder zijn geweest.